s-501
| De provincie Luxemburg (Frans: « Luxembourg », Waals: « Lussimbork », Luxemburgs: « Lëtzebuerg ») is een van de vijf provincies van het Waals Gewest, België. |
s-502
| De provincie heeft een oppervlakte van 4443 km² en telt (op 1 juli 2005) 257.114 inwoners. |
s-503
| Ten noorden grenst de provincie aan de provincie Luik en ten westen aan de provincie Namen. |
s-504
| Ten zuiden grenst Luxemburg aan Frankrijk en ten oosten aan het Groothertogdom Luxemburg. |
s-505
| De provincie maakt deel uit van de Ardennen. |
s-506
| Het hoogste punt vormt de 651 meter hoge Baraque de Fraiture in de gemeente Vielsalm. |
s-507
| Rond de hoogste toppen is op beperkte schaal wintersport mogelijk. |
s-508
| Arrondissementen |
s-509
| Overzicht van steden en gemeenten in Luxemburg |
s-510
| Gemeenten met een stadstitel hebben een « (stad) » achter de naam |
s-511
| Coalitievorming 2003 |
s-512
| In het voorjaar van 2003 besloot D66 deel te nemen aan het kabinet-Balkenende II, met de VVD en het CDA. |
s-513
| Dit terwijl D66 deelname aan een coalitie met CDA en VVD uitdrukkelijk had uitgesloten. |
s-514
| Nadat de onderhandelingen tussen Wouter Bos en Jan Peter Balkenende mislukt waren maakte D66 echter een coalitie met CDA en VVD mogelijk en voorkwam aldus dat de LPF opnieuw, of de ChristenUnie en de SGP voor het eerst in de regering zouden komen. |
s-515
| Van het typische D66 speerpunt « bestuurlijke vernieuwing » kwam weinig terecht, waarop verantwoordelijk minister De Graaf uit het kabinet stapte. |
s-516
| Hij werd tussentijds opgevolgd door Alexander Pechtold. |
s-517
| Interne crisis van 2006 |
s-518
| In 2006 ontstond een crisis binnen de partij, naar aanleiding van verliezen bij de gemeenteraadsverkiezingen. |
s-519
| Sommige leden, die ontevreden waren over de als rechts ervaren koers van Balkenende-II (vooral het immigratie- en integratiebeleid van minister Verdonk), pleitten voor opheffing van de partij; enkele leden maakten bekend zich af te zullen splitsen onder de naam deZES. |
s-520
| Op het drukbezochte D66-congres van 13 mei werd een motie om uit het kabinet te stappen evenwel door een meerderheid verworpen. |
s-521
| De aangekondigde motie om de partij op te heffen werd niet ingediend. |
s-522
| Kabinetscrisis 2006 |
s-523
| Op 29 juni 2006 veroorzaakt de partij een kabinetscrisis door een motie van afkeuring tegen Minister Verdonk te steunen en haar vertrek te eisen. |
s-524
| De motie wordt verworpen doordat de LPF de coalitie wel steunt. |
s-525
| In een vervolgdebat blijkt dat het gehele kabinet (inclusief D66-ministers Laurens Jan Brinkhorst en Alexander Pechtold) van mening is dat aan de verworpen motie geen conclusies verbonden hoeven te worden. |
s-526
| Daarop trekt de D66-kamerfractie de politieke steun voor het kabinet in en stappen de D66-ministers op. |
s-527
| Vervolgens stellen de andere ministers hun portefeuille ter beschikking. |
s-528
| Uit de Politiek |
s-529
| Op 3 en 4 augustus hebben respectievelijk Boris Dittrich en Lousewies van der Laan aangekondigd uit de Tweede Kamer te stappen. |
s-530
| Ze zullen pas na de verkiezingen van november aftreden. |
s-531
| Kritiek van Hans van Mierlo |
s-532
| Op 6 oktober 2006 sprak de D66 oprichter Hans van Mierlo openlijk zijn twijfel uit over de toekomst van de partij. |
s-533
| Volgens Van Mierlo heeft de partij haar geloofwaardigheid verloren door als coalitiepartner in Balkenende II geen breekpunt te maken van het beleid van VVD-minister Rita Verdonk. |
s-534
| In het tv-programma EénVandaag zei hij dat de partij zich moet afvragen 'of het na veertig jaar genoeg is geweest'. |
s-535
| Op het najaarscongres van D66, een dag later, noemde hij D66 echter nog steeds hard nodig. |
s-536
| Democraten 66 |
s-537
| Reden van bestaan |
s-538
| De vraag naar de bestaansgrond is altijd een bewogen, een meeslepende en een terugkerende discussie geweest binnen D66. |
s-539
| Het eerste partijcongres omschreef haar als een radicale democratisering van de Nederlandse samenleving in het algemeen en van het Nederlandse politieke bestel in het bijzonder. |
s-540
| Dit is een tweeslag maar de nadruk heeft lange tijd gelegen op de laatste component, de staatsrechtelijke vernieuwing. |
s-541
| Speerpunten daarbij zijn het referendum, afschaffing van de Eerste Kamer, directe verkiezingen van de minister-president en burgemeesters, en de invoering van een gematigd districtenstelsel. |
s-542
| Mede-oprichter Van Mierlo was dan ook een exponent van het democratisch radicalisme, een stroming die in de negentiende eeuw was vermalen tussen socialisme en liberalisme. |
s-543
| Hij had weinig op met nadere aanduidingen omtrent de visie en maatschappijbeschouwing van D66. |
s-544
| Ideologieën hadden immers afgedaan en D66 was vooral een pragmatische partij. |
s-545
| Na de periode Terlouw, die de partij als 'redelijk alternatief' wel meer in een eigen traditie trachtte te plaatsen met aandacht voor milieu, sociale vraagstukken en technologie, kwam Van Mierlo midden jaren tachtig terug met zijn rede 'Een reden van bestaan'. |
s-546
| De primaire bestaansgrond lag volgens deze rede nog steeds in de politieke vernieuwing. |
s-547
| Aan het eind van de twintigste eeuw kwamen de kaarten wat anders te liggen. |
s-548
| Nadat het anti-dogmatische van de partij een heel eigen dogma leek te zijn geworden, wist de groep Opschudding in 1998 dit dogma te doorbreken en slaagde ze er als eerste in de partij een ondertitel mee te geven. |
s-549
| D66 heet vanaf dan sociaal-liberaal. |
s-550
| Opschudding verwoordde het zo: 'D66 bestaat als sociaal-liberale partij om een duurzame, democratische en open samenleving op te bouwen, waarin de mens zich ontplooit in solidariteit met anderen.'. |
s-551
| Hiermee plaatste de partij zich in de vrijzinnige internationale politieke hoofdstroom van het progressief liberalisme en in de politieke filosofie van het ontplooiingsliberalisme. |
s-552
| Dit legde de partij vast in haar statuten alsmede in de 'Uitgangspunten van D66'. |
s-553
| Met deze inbedding in het progressief liberalisme had D66 een tweede reden van bestaan. |
s-554
| Deze tweede reden verving de eerste echter niet, de eerste ging er in wezen in op. |
s-555
| Het ontplooiingsliberalisme stelde de vrije maar verantwoordelijke mens centraal. |
s-556
| En het wil de mens, in gelijkwaardigheid tot elkaar, invloed geven om zelf invulling te geven aan het leven en de maatschappij. |
s-557
| Voor dat laatste is openheid en democratie noodzakelijk en daardoor wordt de oorspronkelijke bestaansgrond ook door de tweede geïmpliceerd. |
s-558
| Vrijzinnig Democratische Bond |
s-559
| Met deze oriëntatie op het progressief liberalisme kan D66 beschouwd worden als de herleving van de Vrijzinnig Democratische Bond (VDB) uit de eerste helft van de 20ste eeuw. |
s-560
| De VDB ontstond in 1901 door een afsplitsing van de Liberale Unie en ging in 1946 op in de PvdA. |
s-561
| Europa en internationaal |
s-562
| D66 manifesteert zich als de meest Europese partij van Nederland, zo pleit de partij voor een federaal Europa in het pamflet 'De Verenigde Staten van Europa'. |
s-563
| D66 is lid van de Liberale Internationale (LI) en van de Partij van Europese Liberalen en Democraten (ELDR). |
s-564
| Liberaal-Democratische samenwerking |
s-565
| Ter onderscheiding wordt D66 wel eens ingedeeld als progressief-liberaal en de VVD als conservatief-liberaal. |
s-566
| Democraten 66 (D66) (officiële naam: « Politieke Partij Democraten 66 »; vroeger afgekort als « D'66 ») is een Nederlandse politieke partij van progressief-liberale signatuur, opgericht op 14 oktober 1966 door 44 personen (van wie 25 in andere partijen actief waren geweest). |
s-567
| In Europees verband wordt sinds 1984 net als de VVD het Europees verkiezingsprogramma gevolgd van de Partij van Europese Liberalen en Democraten (en Radicalen) (ELDR) en samengewerkt in één liberaal-democratische fractie in het Europees Parlement als D66-delegatie en VVD-delegatie. |
s-568
| Bij de verkiezingen voor het Europees Parlement in 2004 was er een lijstverbinding tussen D66 en VVD, hetwelk resulteerde in 1 Parlementszetel voor de D66-delegatie (was 2) en 4 EP-zetels voor de VVD-delegatie (was 5). |
s-569
| De fractie van Europees Liberalen en Democraten is vanaf 2004 omgedoopt in Alliantie van Liberalen en Democraten voor Europa (ALDE; Franse afkorting ADLE), de derde fractie in het Europees Parlement, met 88 van de 732 zetels. |
s-570
| N.B. hiervan zijn tevens zes Belgische Europarlementariërs lid: de Vlaamse Liberalen en Democraten (VLD) / Vivant (3 zetels) en de Mouvement Réformateur (MR) (3 zetels). |
s-571
| Volksvertegenwoordigers en bestuurders |
s-572
| Regering |
s-573
| In het kabinet-Balkenende II was D66 tot en met 29 juni 2006 vertegenwoordigd met twee ministers en een staatssecretaris. |
s-574
| Ministers: |
s-575
| mr. L.J. (Laurens Jan) Brinkhorst - minister van Economische Zaken en viceminister-president |
s-576
| drs. A. (Alexander) Pechtold - minister van Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties |
s-577
| Staatssecretaris: |
s-578
| mr. M.C. (Medy) van der Laan - staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen |
s-579
| Initiatiefnemers waren de journalist van het Algemeen Handelsblad Hans van Mierlo, die partijleider werd, en Amsterdams VVD-gemeenteraadslid en fractie-voorzitter Hans Gruijters. |
s-580
| Tweede Kamer |
s-581
| De Tweede Kamerfractie van de D66 bestaat sinds de verkiezingen van 2003 uit zes personen: |
s-582
| mr. L.W.S.A.L.B. (Lousewies) van der Laan, fractievoorzitter |
s-583
| A.D. (Bert) Bakker |
s-584
| mr. B.O. (Boris) Dittrich |
s-585
| B. (Boris) van der Ham |
s-586
| mr. F. (Fatma) Koser Kaya |
s-587
| drs. E.R.C.M. (Ursie) Lambrechts |
s-588
| Eerste Kamer |
s-589
| De Eerste Kamerfractie van de D66 bestaat sinds de verkiezingen van 2003 uit drie personen: |
s-590
| E.H. (Eddy) Schuyer, fractievoorzitter |
s-591
| prof. mr. J.W.M. (Hans) Engels |
s-592
| dr. A.G. (Gerard) Schouw |
s-593
| Europees Parlement |
s-594
| De delegatie van D66 in het Europees Parlement maakt net als de VVD deel uit van de fractie Alliantie van Liberalen en Democraten voor Europa. |
s-595
| D66 heeft sinds de verkiezingen van 2004 één lid in het Europees Parlement: |
s-596
| drs. S.H. (Sophie) in 't Veld |
s-597
| Provincies |
s-598
| Ontstaan en geschiedenis |
s-599
| Commissaris van de Koningin: |
s-600
| Flevoland - mr. M.J.E.M. (Michel) Jager |